Dat kolére-jong weer...
Zondag 17
april 2016
Ik ben acht jaar.
Ik krijg een nieuwe kamer, die uitsluitend via de slaapkamer van mijn ouders te bereiken is.
Ik krijg een nieuwe kamer, die uitsluitend via de slaapkamer van mijn ouders te bereiken is.
Noem het een hok, want voordat de tweeling geboren werd had ik, aan de andere kant
van het huis, een grotere kamer.
Mijn bed
staat langs de muur, tegenover het op het oosten gelegen raam.
Het
bovenste gedeelte van het raam bestaat uit drie glas in lood vensters met in
het centrum figuurtjes in rood, groen en blauw.
Zodra ik
wakker wordt verschijnen de figuurtjes hoog op de muur boven mijn bed.
Ik pak
mijn kleurpotloden en teken zo snel mogelijk de omtrek van de figuurtjes, op de muur.
Daarna
kleur ik de vlakjes netjes in met rood, groen en blauw, precies als de
figuurtjes in het raam.
Als ik
klaar ben met inkleuren zijn de figuurtjes een eindje verschoven, naar een
plekje lager op de muur.
Opnieuw
teken ik snel de omtrek en kleur ze netjes in.
Dan schuiven
de figuren door naar het midden, nog een beetje lager.
Ik stop
pas als de figuurtjes de hoek omgaan, naar de zijmuur.
Dan komt
mijn moeder kijken waar ik ben.
Ze ziet
de versierde wand en zet het op een krijsen.
Dan haalt
ze mijn vader erbij.
“Moet je
kijken wat dat klerejong nu weer heeft gedaan!”
Mijn
vader doet streng, maar lijkt het wel grappig te vinden.
Een paar
jaar later mag ik van hem de hele wand versieren.
Ik maak
een prachtige tekening van mijn stripheld Luckey Luke op een paard, en zijn
hondje Rataplan.
Dan maken
mijn ouders van mijn hok een badkamer.
Mijn tekening verdwijnt achter tegels.
En ik naar zolder.
Mijn tekening verdwijnt achter tegels.
En ik naar zolder.
Otto's originele handgeschreven bijdrage |
Reacties
Een reactie posten